Sluit onrendabele regionale luchthavens

ACHTERGROND REGIONALE LUCHTHAVENS

Regionale luchthavens zijn statussymbolen waarvoor de verantwoordelijke politici bereid zijn grote offers te brengen. Maar wel met ons belastinggeld.

Sluit onrendabele
regionale luchthavens

De belangrijkste luchthavens in Nederland Plaatje artikel Sluit onrendabele regionale luchthavens.jpgzijn Schiphol, Eindhoven en Rotterdam.
Deze luchthavens zijn ook rendabel. De vliegvelden van Eelde en Maastricht draaien met groot verlies. Voor Lelystad gloort heel in de verte hoop, omdat het vliegveld in aanmerking komt als overloop voor Schiphol. De verliesgevende regionale vliegvelden worden met overheidsgeld in de benen gehouden. Zo ontving Eelde 31,6 miljoen euro, Maastricht 55,3 miljoen en Twente 24,55 miljoen, volgens het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Deze bedragen omvatten echter lang niet alle directe en indirecte bijdragen van het rijk, provincies en gemeenten. Vereniging Omwonenden Luchthaven Eelde (VOLE) heeft berekend dat het bij Eelde gaat om 94 miljoen euro als wel alles wordt meegeteld: een bijdrage van meer dan 120 euro per ticket.
    De toekomst van Eelde ziet er slecht uit. Ondanks de recente verlenging van de startbaan voor 25 miljoen euro, uiteraard betaald door de overheid. In november 2013 heeft de Noordeliike Rekenkamer aan de bel getrokken en de jarenlange kritiek van VOLE onderschreven. Het persbericht van de rekenkamer: "Door een dunbevolkt achterland en nabije concurrenten is een kostendekkende exploitatie volgens de rekenkamer niet of pas op zeer lange termijn mogelijk. De regionaal-economische effecten van de luchthaven zijn beperkt door de geringe omvang en de nadruk op uitgaand toeristisch verkeer."
    De cijfers van het ministerie voor Maastricht zijn globaal correct, maar de beschikbare investeringsgelden voor de luchthaven zijn gebruikt om het dreigende faillissement af te wenden. Recentelijk is een noodkrediet verstrekt van 4,5 miljoen euro. Om problemen met ‘Brussel’ te voorkomen, wordt dit bedrag gebruikt voor salarissen voor brandweer en luchtverkeersleiding. Maastricht vervoerde veel vracht maar verliest, mede door de economische recessie, de strijd met de vele luchthavens in de regio. De toekomst is zeer somber, tenzij de provincie blijft betalen.
    Vliegveld Twente is een apart geval. Overijssel en Enschede investeren miljoenen om de gesloten militaire basis om te bouwen naar een regionale luchthaven. De Vereniging Omwonenden Luchthaven Twente (VOLT-Twente) probeert de cijfers op een rij te krijgen, maar niet alles is openbaar of voldoende duidelijk.
    Een grondige analyse van de openbare cijfers vanaf 2007, komt op 130 miljoen euro in het totaal, aan bestede en toegezegde bijdragen. Opvallend is dat hiervan 109 miljoen euro uit de publieke sector komt en dat de exploitant, het consortium Reggeborgh BV en Aviapartner BV, slechts 21 miljoen euro moet opbrengen. Er gaat dus vijfmaal zoveel belastinggeld in dan dat de exploitant investeert, ondanks de belofte dat het een ‘private luchthaven’ zal worden. Het is duidelijk dat de overheidsbedragen nooit terugverdiend kunnen worden. Ook de toegezegde werkgelegenheid wordt bij lange na niet gerealiseerd. Er zullen hooguit honderden en niet de toegezegde duizenden nieuwe arbeidsplaatsen komen. Geen ondernemer exploiteert voor eigen rekening een verliesgevende luchthaven. Maar plaatselijke politici volharden in hun ambities, een duur statussymbool van plaatselijke wethouders en gedeputeerden. Wat ons betreft zou het rijk moeten ingrijpen. Onrendabele regionale luchthavens dragen niet of nauwelijks bij aan de regionale economie. Ze leveren alleen verliezers.

Jan Wittenberg is voorzitter van VOLE (Eelde), Nol Graas is voorzitter van VOLT (Twente, Ootmarsum) en Jan Pas is bestuurslid van VGUVB (Beek)