Hak knopen door over regionale luchthavens
Het noodlijdende Groningen Airport Eelde probeert zichzelf weer op de kaart te zetten. Het schetst een toekomst waarbij het vliegveld groene waterstof maakt voor kleine, elektrische passagierstoestellen. Het is luchtfietserij: plannen om de prille technologie waterstof op korte termijn groen en kostendekkend te produceren zijn gespeend van elke realiteitszin. De noordelijke luchthaven bestaat al negentig jaar en worstelt nog steeds met zijn bestaansrecht. Het achterland is veel te klein voor commerciële luchtvaart.
Bijna driehonderd kilometer naar het zuiden speelt een vrijwel identiek probleem. Maastricht Aachen Airport staat er iets beter op dan Groningen Airport, omdat de regio aantrekkelijk is voor vrachtvluchten. Maar in Zuid-Limburg is de commerciële exploitant twee jaar geleden weggelopen en moest de provincie, net als in het noorden, financieel bijspringen. Volgend jaar wacht een kostbare renovatie. De provincie verklaarde onlangs dat sluiting van ‘Maastricht’ ook een optie is. Regionale luchthavens hebben in Nederland als primaire rol het versterken van de regionale economie. Maar afgezien van wat vastgoedontwikkeling komt er op het gebied van luchtvaart weinig tot stand in Noord-Nederland en Limburg, alle mooie rapporten over werkgelegenheid ten spijt.
Het is een teken aan de wand dat Schiphol Group zich niet heeft gemeld bij de eigenaren van de twee genoemde luchthavens. Eindhoven en Rotterdam zijn wél aantrekkelijk om in te participeren, onder meer vanwege hun bevolkingsdichtheid. Maar de twee luchthavens aan de rand van Nederland hebben weinig te bieden, zelfs als aandelenpakketten voor één euro worden aangeboden. In de luchtvaartnota 2020-2050 schrijft het demissionaire kabinet dat de overheid in kaart moet brengen welke rollen en functies de afzonderlijke luchthavens hebben. Wat zijn de knelpunten en waar liggen de kansen. Je zou verwachten dat dat allang is gebeurd, maar kennelijk gaan we het opnieuw onderzoeken.
Het wordt tijd dat er knopen worden doorgehakt in het dossier regionale luchthavens. Provinciaal bestuurders moeten ophouden met dagdromen over wat er allemaal met hun luchthaven zou kunnen gebeuren de komende decennia. De tijd vraagt om krachtig bestuur. Als exploitatieverliezen en toekomstige investeringen niet meer opwegen tegen de verwachte bedrijvigheid, dan moet ook sluiting van een regionale luchthaven bespreekbaar zijn. Met Lelystad Airport hebben we al een luchthaven die mogelijk nooit opengaat.