Hoe krijgen de vleermuizen hun nieuwe vliegroute?
Indien de startbaan van Eelde met 700 meter verlengd wordt, zullen de bomen van de Eekhoornstraat en de Bunnerzandweg moeten sneuvelen.
Deze bomen vormen een vliegroute voor vleermuizen die zich hierlangs verplaatsen naar hun foerageergebieden en naar hun verblijfplaatsen, die zowel ten noorden en ten zuiden van het vliegveld liggen en die zij voor gezonde voortplanting beide moeten kunnen bereiken.
Het ministerie van LNV – thans EL&I – heeft op 1 mei 2009 een ontheffing verleend voor de kap van deze bomen, op basis van de Flora- en faunawet (Klik hier om de tekst van de ontheffing te bekijken).
Tegen deze ontheffing heeft VOLE bezwaar gemaakt. Het ministerie heeft VOLE echter niet ontvankelijk verklaard. En tegen deze beslissing is VOLE in beroep gegaan bij de Raad van State.
De datum van de zitting waarop de Raad deze zaak behandelt, is nog niet bekend.
Ook de Milieufederatie Drenthe en het IVN Eelde Paterswolde hebben bezwaar gemaakt tegen bovengenoemde ontheffing. De tekst van de ontheffing is namelijk vatbaar voor meer dan een uitleg waar deze gaat over de aanleg van een nieuwe vliegroute, die ruim om de verlengde baan heen zou moeten komen.
(De meeste soorten vleermuizen kunnen niet over open gebieden heen vliegen.
Zij verplaatsen zich vrijwel uitsluitend langs rijen bomen.)
Op grond van de tekst van de ontheffing vinden de natuurorganisaties dat GAE de aanleg van ontbrekende stukken tussen bestaande bomenrijen moet betalen. GAE is echter van mening, op grond van dezelfde ontheffing, dat het bedrijf daartoe niet verplicht zou zijn.
De rechtbank in Assen is op 21 maart 2011 tot de uitspraak gekomen dat de aanleg van een nieuwe vleermuisvliegroute een handhavingkwestie is waarop de Dienst Landelijke Gebied (en de gemeente) dus zou moeten toezien. Klik hier om de uitspraak van de rechtbank te bekijken.
Die uitspraak is aanvechtbaar. Immers, het is volstrekt onduidelijk hoe een ontheffing, die voor meer dan een uitleg vatbaar is gehandhaafd kan worden.
Het IVN heeft daarom hoger beroep aangetekend bij de Raad van State.
Deze bomen vormen een vliegroute voor vleermuizen die zich hierlangs verplaatsen naar hun foerageergebieden en naar hun verblijfplaatsen, die zowel ten noorden en ten zuiden van het vliegveld liggen en die zij voor gezonde voortplanting beide moeten kunnen bereiken.
Het ministerie van LNV – thans EL&I – heeft op 1 mei 2009 een ontheffing verleend voor de kap van deze bomen, op basis van de Flora- en faunawet (Klik hier om de tekst van de ontheffing te bekijken).
Tegen deze ontheffing heeft VOLE bezwaar gemaakt. Het ministerie heeft VOLE echter niet ontvankelijk verklaard. En tegen deze beslissing is VOLE in beroep gegaan bij de Raad van State.
De datum van de zitting waarop de Raad deze zaak behandelt, is nog niet bekend.
Ook de Milieufederatie Drenthe en het IVN Eelde Paterswolde hebben bezwaar gemaakt tegen bovengenoemde ontheffing. De tekst van de ontheffing is namelijk vatbaar voor meer dan een uitleg waar deze gaat over de aanleg van een nieuwe vliegroute, die ruim om de verlengde baan heen zou moeten komen.
(De meeste soorten vleermuizen kunnen niet over open gebieden heen vliegen.
Zij verplaatsen zich vrijwel uitsluitend langs rijen bomen.)
Op grond van de tekst van de ontheffing vinden de natuurorganisaties dat GAE de aanleg van ontbrekende stukken tussen bestaande bomenrijen moet betalen. GAE is echter van mening, op grond van dezelfde ontheffing, dat het bedrijf daartoe niet verplicht zou zijn.
De rechtbank in Assen is op 21 maart 2011 tot de uitspraak gekomen dat de aanleg van een nieuwe vleermuisvliegroute een handhavingkwestie is waarop de Dienst Landelijke Gebied (en de gemeente) dus zou moeten toezien. Klik hier om de uitspraak van de rechtbank te bekijken.
Die uitspraak is aanvechtbaar. Immers, het is volstrekt onduidelijk hoe een ontheffing, die voor meer dan een uitleg vatbaar is gehandhaafd kan worden.
Het IVN heeft daarom hoger beroep aangetekend bij de Raad van State.
Baanverlenging en vleermuisleefgebied
In 2003 heeft de Raad van
State de Beslissing op bezwaar van de ministers vernietigd, omdat geen
onderzoek gedaan was naar de effecten op natuurgebieden die bescherming
genieten krachtens de Europese Habitatrichtlijn. In 2005 heeft Buro
Bakker in opdracht van GAE in het gebied van de baanverlenging een
onderzoek gedaan naar de aanwezigheid van beschermde dieren en planten.
Buro Bakker heeft vier soorten vleermuizen aangetroffen in het gebied
waarom het hier gaat, namelijk: Dwergvleermuizen, Grootoorvleermuizen,
Watervleermuizen en Rosse vleermuizen.
Al in 2004 heeft het ministerie van Verkeer en Waterstaat had een
boekwerkje "Met vleermuizen overweg" gepubliceerd. Dat gaat over de
leefwijze van vleermuizen, en ook: over hoe bij de aanleg van
infrastructurele voorzieningen schade aan vleermuizen moet worden
gecompenseerd.
State de Beslissing op bezwaar van de ministers vernietigd, omdat geen
onderzoek gedaan was naar de effecten op natuurgebieden die bescherming
genieten krachtens de Europese Habitatrichtlijn. In 2005 heeft Buro
Bakker in opdracht van GAE in het gebied van de baanverlenging een
onderzoek gedaan naar de aanwezigheid van beschermde dieren en planten.
Buro Bakker heeft vier soorten vleermuizen aangetroffen in het gebied
waarom het hier gaat, namelijk: Dwergvleermuizen, Grootoorvleermuizen,
Watervleermuizen en Rosse vleermuizen.
Al in 2004 heeft het ministerie van Verkeer en Waterstaat had een
boekwerkje "Met vleermuizen overweg" gepubliceerd. Dat gaat over de
leefwijze van vleermuizen, en ook: over hoe bij de aanleg van
infrastructurele voorzieningen schade aan vleermuizen moet worden
gecompenseerd.
Vanuit de verblijfplaatsen ligt er een netwerk van dagelijks gebruikte vliegroutes in het landschap.
Watervleermuizen (blauw) verplaatsen zich vanuit hun boom langs lanen, heggen en dicht boven water. Vanaf hun verblijfplaats in een woonhuis verspreiden gewone dwergvleermuizen (geel) zich langs allerlei geleidende structuren tot in alle hoeken van het landschap. Gewone grootoorvleermuizen (groen) uit de kerk verplaatsen zich dicht langs structuren en gebruiken een beperkt gebied. Rosse vleermuizen (rood) vliegen vanuit hun boom hoog boven het landschap naar hun jachtgebieden hoog boven water.
Watervleermuizen (blauw) verplaatsen zich vanuit hun boom langs lanen, heggen en dicht boven water. Vanaf hun verblijfplaats in een woonhuis verspreiden gewone dwergvleermuizen (geel) zich langs allerlei geleidende structuren tot in alle hoeken van het landschap. Gewone grootoorvleermuizen (groen) uit de kerk verplaatsen zich dicht langs structuren en gebruiken een beperkt gebied. Rosse vleermuizen (rood) vliegen vanuit hun boom hoog boven het landschap naar hun jachtgebieden hoog boven water.
Bron bovenstaande afbeeldingen: "Met vleermuizen overweg ", brochure (blz. 6, 7) van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Dienst Weg- en Waterbouw, augustus 2004
In dat jaar (2004) was het ministerie van Verkeer dus al bekend hoe de soorten die in het gebied van de baanverlenging zijn aangetroffen het landschap gebruiken.
Deze informatie slaat ook op de omgeving van de Eekhoornstraat.
GAE heeft van 2005 tot 2011 niets van natuurcompensatie willen weten. Pas dit voorjaar (2011) zijn op verscheidene hectares kleine boompjes en struiken geplant, die duidelijk wel bedoeld wordt als compensatie voor wat vernietigd is.
Maar vleermuizen hebben hoge bomen nodig om zich door het landschap te kunnen verplaatsen.
Volgens de ontheffing moet de compensatie gereed zijn voordat men de bestaande vliegroute mag verwijderen; dus voordat de bomen van de Eekhoornstraat en Bunnerzandweg verdwijnen.
Volgens de rechtbank Assen gaat het hier om een zgn. handhavingkwestie waarop daartoe aangewezen instanties dienen toe te zien..
VOLE zal alle middelen inzetten om daadwerkelijke handhaving zoveel mogelijk in de hand te werken…
Deze informatie slaat ook op de omgeving van de Eekhoornstraat.
GAE heeft van 2005 tot 2011 niets van natuurcompensatie willen weten. Pas dit voorjaar (2011) zijn op verscheidene hectares kleine boompjes en struiken geplant, die duidelijk wel bedoeld wordt als compensatie voor wat vernietigd is.
Maar vleermuizen hebben hoge bomen nodig om zich door het landschap te kunnen verplaatsen.
Volgens de ontheffing moet de compensatie gereed zijn voordat men de bestaande vliegroute mag verwijderen; dus voordat de bomen van de Eekhoornstraat en Bunnerzandweg verdwijnen.
Volgens de rechtbank Assen gaat het hier om een zgn. handhavingkwestie waarop daartoe aangewezen instanties dienen toe te zien..
VOLE zal alle middelen inzetten om daadwerkelijke handhaving zoveel mogelijk in de hand te werken…